Vertalingen tener su sede ES>NL
tener su sede (ww.) | gevestigd zijn (ww.) ; gezeten zijn (ww.) ; leven (ww.) ; logeren (ww.) ; resideren (ww.) ; verblijven (ww.) ; wonen (ww.) ; zetelen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `tener su sede`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: alojarES: estar domiciliadoES: haberse establecidoES: habitarES: hallarseES: residirES: vivir